Dagblad De Limburger wijdde daags na de raadsvergadering van 10 maart aandacht aan de beraadslaging rondom het economisch programma 2030 en hoe de besluitvorming van dit programma een illustratie is van de verhoudingen in de Bergse raad.
De tekst van dit artikel tref je hieronder aan.
De uitslag van de wedstrijd die in Bergen raadsvergadering heet, staat altijd bij voorbaat vast: 12-3. Oppositiepartij KERN krijgt geen poot aan de grond, coalitiepartijen PK en VVD eten genadebrood van het CDA.
Lange tijd leek de vergadering van de gemeenteraad van Bergen dinsdagavond een makkie voor de voorzitter. Veel hamerstukken en verplichte nummers. Het venijn zat ’m echter in de staart. Fractievoorzitter Frans Camps van oppositiepartij KERN kwam in botsing met de coalitie van CDA-PK-VVD. En dan met name met PK-fractievoorzitter Jos Valckx. „U staat niet met twee benen in de samenleving, u weet niet wat er aan de hand is, dat is zorgelijk”, sneerde Camps naar Valckx.
Daarmee sloeg de sfeer op slag om. Ineens was er een discussie over een voorstel van orde om de inhoudelijke discussie over een onderwerp te beëindigen en over te gaan tot stemming. En ging de aandacht van de dames en heren gemeentebestuurders niet meer uit naar waar die naartoe zou moeten gaan: de inhoud.
Bedelen
Dat is jammer. Want KERN had bijvoorbeeld dinsdagavond wel degelijk een punt met haar kritiek, in dit geval op het economisch programma 2030 dat door burgemeester en wethouders aan de raad was voorgelegd. De oppositie moest bedelen om inzage in een onderzoeksrapport dat ten grondslag ligt aan het economisch programma. Vragen werden niet of ontwijkend beantwoord.
Nu is er wel wat mis met de stijl van oppositievoeren van Camps; hij speelde inderdaad te veel op de man dinsdagavond. Van de andere kant is de frustratie van Camps begrijpelijk. In Bergen is oppositievoeren geen pretje. Je kunt roepen wat je wilt; de coalitie van CDA, PK en VVD luistert toch niet. Aanvoerder Camps weet dat hij met zijn team iedere wedstrijd met 12-3 gaat verliezen.
Oppermachtig
Het CDA is oppermachtig in Bergen met zes zetels in de gemeenteraad en met de dominante wethouder Antoon Splinter aan het roer in het college van B en W. De PK (vier zetels) en de VVD (twee zetels) eten genadebrood van het CDA. Dat is verklaarbaar. Aan het einde van de vorige raadsperiode maakte het CDA al duidelijk wie de baas is in Bergen. In een bestuurscrisis van ongekend formaat schoven de christendemocraten hun coalitiegenoot PK zonder pardon aan de kant en ruilden die in voor de VVD.
De progressieven mochten in het nieuwe college toch aanschuiven maar laten sindsdien nauwelijks een eigen geluid horen. De andere coalitiepartij, de VVD, zit zo graag op het pluche dat ze zelfs bereid is haar eigen liberale principes te grabbel te gooien. Zo riep een VVD’er onlangs met droge ogen dat de gemeente Bergen zelf het Energielandgoed Wells Meer moet gaan ontwikkelen omdat ze dat beter kan dan de markt. Laat ze dat op het landelijk VVD-partijbureau in Den Haag niet horen.