Mist rondom de Wells Meer B.V.

geplaatst in: Uit de raad | 0

Afgelopen februari heeft KERN schriftelijke vragen gesteld aan het college naar aanleiding van de raadsinformatiebrief over Verduursamen 2030 en het Energielandgoed Wells Meer als onderdeel daarvan. We hadden vooral vragen over de op te richten BV voor het energielandgoed. Deze vragen kun je hier vinden.

Afgesproken is dat schriftelijke vragen binnen 20 werkdagen beantwoord worden en als dit niet lukt, krijgt de vragensteller daarvan gemotiveerd schriftelijk bericht van het college waarbij wordt aangegeven binnen welke termijn beantwoording dan zal plaatsvinden. Hier kun je de brief lezen die het college als reactie op onze vragen na ruim twee maanden aan KERN toestuurde.

Nadat we herhaaldelijk geïnformeerd hadden wanneer we antwoorden op onze vragen mochten verwachten, stelde wethouder Splinter voor om deze vragen mee te nemen in een presentatie over BV Energielandgoed Wells Meer in september, na oprichting van de B.V. Dan komt de beantwoording van de vragen als mosterd na de maaltijd, bovendien dienen schriftelijke vragen van de raad altijd schriftelijk beantwoord te worden. Op deze wijze kan de raad haar controlerende taak niet uitvoeren en aangezien dit niet de eerste keer was dat het college zich niet aan de gestelde termijnen hield, was dit voor KERN genoeg reden om in de raadsvergadering van 13 juli een motie tegen de wethouder in te dienen. Deze werd zoals gebruikelijk weggestemd door de volgzame coalitie.

In dezelfde vergadering beloofde de wethouder de raad altijd op de hoogte te houden van nieuwe ontwikkelingen. KERN is dan ook  verbaasd op de website van de Kamer van Koophandel te moeten vernemen dat nog geen week na deze raadsvergadering de BV Energielandgoed Wells Meer is opgericht met als enig bestuurder Antonius Splinter.

De raad wordt in dit heikel dossier mondjesmaat van de hoognodige informatie voorzien om lastige vragen te voorkomen zodat de ondernemer in alle stilte zijn bedrijf met alle bijkomende risico’s kan uitbouwen. Onze ingediende motie blijkt achteraf nog meer op zijn plaats.